door Roos Gielen
Nooit gedacht dat mijn lidmaatschap van Groei & Bloei tot op de eettafel aanwezig is.
Tijdens de voorjaarsruilbeurs kreeg ik dit jaar van Gonnie Kersten een zakje met aardpeer-knolletjes. De aardpeer (Helianthus tuberosus) is een vergeten groente en daar scoor je tegenwoordig mee. In een van de boeken van Jamie Oliver figureert hij in een ovenschotel, tijdens een cuisinefestival in Nice werd hij uitgeroepen tot ’beste soepgroente’ en in chique restaurants wordt hij opgediend als delicatesse.
Aardperen worden in het voorjaar uitgeplant. Ze doen het overal, ook op arme grond. Alleen een hoge waterstand is minder geslaagd, dan rotten de knollen weg. Uitgerekend in het eerste jaar, dat we deze knollen in onze moestuin hadden staan, werden we overvallen met een extreem hoge grondwaterstand. Dus het was spannend afwachten of we dit jaar überhaupt aardperen zouden zien.
Gelukkig kwamen er veel planten op en hebben we kunnen genieten van de prachtige bloemen die veel bijen aantrokken. Bij het oogsten was ik helemaal verbaasd om te zien hoeveel knollen één plant voortbrengt.
Met aardperen kun je bijna hetzelfde doen als met aardappels. Er zijn heel veel recepten met de aardpeer. Ik ben begonnen om er een stamppotje van te maken en daarnaast de knol te verwerken tot aardpeerchips. Eenvoudig om te bereiden, heerlijke smaak en weinig calorieën. Vanaf nu behoort de aardpeer tot één van de favoriete planten in onze tuin!
Het recept dat ik gebruikt heb voor het stamppotje is als volgt:
1 teen knoflook, 600 g aardpeer, 300 g aardappel, peterselie of gedroogde salie, boter en melk.
Maak de aardperen goed schoon met een borstel, schil de aardappelen en snijd alles in gelijke stukken. Pel de knoflook en kook de aardperen en aardappelen samen met de knoflook in ruim water met zout in 25 minuten gaar. Giet af en laat nog 5 minuten met de deksel op de pan uitdampen.
Snijd ondertussen de peterselie of salie fijn. Voeg melk en boter toe en stamp met een pureestamper tot een grove puree. Schep de peterselie of salie erdoor en breng op smaak met zout en peper.
Ik geef de pen door aan Peter Paul Weijnen.